Meerjarenprojectenplan Buitenruimte

Het Meerjarenprojectenplan Buitenruimte 2024-2027 is op 11 juli 2024 vastgesteld. Bij de 2e bestuursrapportage rapporteert het college over de voortgang van het programma en de benodigde bijstellingen van de begroting. Op het totale begroting van € 20,5 miljoen wordt naar verwachting ongeveer € 16,4 miljoen gerealiseerd. Bij het opstellen van kostenramingen en planningen kunnen niet alle risico's op voorhand ingecalculeerd worden. Risico's doen zich immers lang niet altijd voor. Diverse omstandigheden kunnen leiden tot bijstelling van de planning.

Tegelijk is ook de markt momenteel moeilijk. Er is weinig personeel en aannemers hebben het drukker dan ooit. Andere belangrijke planningsfactoren zijn de medewerking en planning van nutsbedrijven, het soepel doorlopen van procedures (grondaankoop, vergunningen, verkeersbesluiten), de resultaten van technische onderzoeken en het aantreffen van vervuilde grond.

De begroting dient daarom voor een aantal projecten te worden bijgesteld. In 2024 gaat het totale programma van € 20,5 naar € 16,4 miljoen. In 2025 wordt de begroting vooralsnog opgehoogd van € 20,8 miljoen naar € 23,8 miljoen en in 2026 van € 12,4 miljoen naar € 12,9 miljoen. Het grote bedrag van 2025 behoeft enige toelichting. Aan de ene kant staan er weer veel grote projecten op stapel in 2025, waaronder de afronding van de 1e fase van de Machineweg, de aanleg van de Burgemeester Hoffscholteweg en het Spoorlijnpad, de verbetering van diverse fietsroutes, investeringen aan de Aalsmeerderweg-zuid, de Oosteinderweg, de Hornweg en nog diverse andere infrastructurele projecten. Aan de andere kant bevat het programma van 2025 nog projecten die naar verwachting niet of niet geheel uitgevoerd kunnen worden. Bijstelling van het programma van 2025 en verder gebeurt echter integraal in het voorjaar, tegelijkertijd met de Kadernota.

De bijstellingen worden hieronder per taakveld toegelicht. Alle bijstellingen van budgetten passen in de meerjarenbegroting van de buitenruimte en binnen de Reserve Buitenruimte (onderhoud/exploitatie) en de investeringsruimte voor de buitenruimte voor investeringsprojecten. Alle vrijvallende investeringsbudgetten dienen beschikbaar te blijven als investeringsruimte binnen het programma buitenruimte. Deze ruimte wordt opnieuw ingevuld bij de Kadernota 2026. De niet benutte budgetten voor kapitaallasten worden conform het raadsbesluit van juli 2022 verrekend met de Reserve Buitenruimte. Het gaat voor 2024 om een bedrag van € 837.800.

Taakveld 2.1 Verkeer en vervoer
Onder dit taakveld vallen de deelprogramma's wegen, verkeer, verkeersregelinstallaties (VRI's), bruggen en openbare verlichting. Op het totale taakveld wordt de begroting in 2024 naar beneden bijgesteld met € 3,4 miljoen (van € 16,4 miljoen naar € 13,0 miljoen). In 2025 wordt de begroting omhoog bijgesteld met € 2,3 miljoen. De bijstellingen op het taakveld worden onder de tabel verklaard.

1. Het uitvoeren van diverse onderzoeken en het uitwerken van het ontwerp voor dit project heeft meer tijd gekost dan verwacht. Het definitief ontwerp is inmiddels gereed. Hiervoor wordt nog subsidie aangevraagd. Naar verwachting kan er nog wel in 2024 gestart worden met de uitvoering. In dit project vinden zowel riolerings-, verhardings- als groenwerkzaamheden plaats. Het doorschuiven van in totaal netto € 700.000 (€ 310.000 + € 140.000 + € 350.000) aan budget naar 2025 heeft dus gevolgen voor alle drie de taakvelden. De hoogte van de subsidie is nu nog niet bekend en lastig in te schatten. Bij de actualisatie van het MPP in het voorjaar van 2025 worden zowel de uitgaven als de inkomsten bijgesteld. Het huidige budget is een grove inschatting van het netto benodigde budget.

2. Het fietspad langs de Molenvlietweg is al geruime tijd klaar en het fietspad langs de Zwarteweg wordt eveneens afgerond in 2024. In het budget was een risicoreservering opgenomen, die zoals het er nu naar uitziet, niet geheel nodig is. Omdat de werkzaamheden bij het schrijven van deze 2e bestuursrapportage nog niet zijn afgerond, wordt een deel van de risicoreservering (ter hoogte van € 175.000 (€140.000 + € 35.000)) naar 2025 doorgeschoven. Omdat er ook rioleringswerkzaamheden plaatsvinden, wordt deze wijziging zichtbaar op twee taakvelden (verkeer en vervoer en riolering).

3. Het project Groene Lint is afgerond. Het project is gebudgetteerd met 100% financiering vanuit de Stichting Leefomgeving Schiphol. Bij de vaststelling van de subsidie is gebleken dat een klein deel van de kosten niet vergoed wordt. Daardoor moet toch een eigen bijdrage van de gemeente via het MPP gefinancierd worden, ter hoogte van € 44.000. Dit komt tot uiting op de taakvelden verkeer en vervoer en groen-water-spelen.

4. Het aanpakken van fietsroute Hornweg lukt helaas niet meer in 2024. Er moeten diverse kabels en leidingen worden verlegd of vervangen en daarvoor zijn de mogelijkheden beperkt tot afwezig, als gevolg van het smalle profiel, de volle ondergrond en de boomwortels. Er wordt nog gestudeerd op de consequenties hiervan en mogelijke oplossingen. Een budget van € 800.000 schuift door naar 2025.

5. Het verbeteren van de fietsroutes over Spoorlijnpad (zuidelijk deel), Wissel en Baanvak is aanbesteed en gegund aan een aannemer. Vanwege het uitlopen van de werkzaamheden aan de Zwarteweg kan de aannemer van dit project ook pas later starten, omdat anders er te veel fietspaden tegelijkertijd zijn afgesloten in deze wijk. Bovendien wordt het grootste deel van de paden uitgevoerd in beton en het storten en uitharden van beton kan beter in het voorjaar worden uitgevoerd dan in het natte en kouder wordende najaar. Naar verwachting kan er buiten in oktober/november gestart worden met wat voorbereidend werk en loopt het werk door tot medio 2025. Zoals in het MPP in juli 2024 is gemeld, was de subsidie voor dit project nog niet begroot en zou deze bij de 2e bestuursrapportage toegevoegd worden. In juli 2024 is het budget dus flink opgehoogd en het kan nu weer verlaagd worden. De subsidie bedraagt ± € 860.000. Twee mutaties in het budget zijn dus zichtbaar: doorschuiven van vrijwel het gehele budget naar 2025 en begroten van de inkomsten. Per saldo daalt het budget van 2024 met € 1.430.000 en stijgt het in 2025 met € 570.000.

6. De herinrichting van fase 1 van de Hortensialaan, inclusief de kruising met de Ophelialaan, is afgerond. De risicoreservering voor dit project was niet geheel nodig, waardoor het project financieel positief afsluit. Er is € 97.000 minder nodig in 2024.

7. Het begrote voorbereidingsbudget voor 2024 voor de aanpak van de Oosteinderweg wordt niet geheel besteed. Een budget van € 50.000 schuift door naar 2025.

8. Het vernieuwen van de Meester Jac. Takkade is gereed en sluit positief af met een voordeel van naar verwachting ongeveer € 150.000.

9. Het groot onderhoud aan de verhardingen van de Helling wordt een jaar uitgesteld naar 2025. Dit komt omdat Liander nog kabels moet vervangen en een trafohuisje gaat plaatsen. Het risico op schade hierbij aan net vernieuwde verharding is te groot.

10. Het vervangen van de bruggen tussen de Dr. J. Wasscherstraat en de Karperstraat loopt enige vertraging op. De intentie was één brug in het najaar te vervangen, maar beide bruggen vervangen we nu in 2025. Het budget van 2024 schuift grotendeels door naar 2025 (€ 290.000).

Taakveld Groen-water-spelen (5.7)
Op het onderdeel groen-water-spelen wordt de begroting 2024 met € 441.000 verlaagd (van € 1,9 miljoen naar € 1,5 miljoen) en in 2025 met € 310.000 verhoogd. De bijstellingen op het taakveld worden onder de tabel verklaard.

1 en 3.   Voor een toelichting op deze mutaties wordt verwezen naar de tekst bij taakveld 2.1.

11. Het budget voor bomenrenovatie in 2024 is hoger dan wat er aan vervangingen nodig is gebleken. Het budget kan worden verlaagd met € 82.000 (op het taakveld, en daarnaast € 3.000 aan overhead).

12. In de wijk Stommeer zijn door bewoners voorstellen aangedragen voor het planten van extra bomen. Daarmee is nog niet het gehele budget voor bewonersinitiatieven besteed. Een deel van het budget (€ 70.000) blijft daarom vanaf 2025 beschikbaar voor nieuwe initiatieven.

13. Het vervangen van de beschoeiingen aan de Kleine Poelakker vindt plaats rond de jaarwisseling. Daardoor wordt het budget verdeeld over 2024 en 2025 en schuift € 100.000 door naar 2025.

14. Het budget voor investeringen speeltuinen 2024 wordt met € 80.000 omlaag bijgesteld. Voor één speeltuin die grootschalig wordt gerenoveerd was in het voorjaar van 2024 al een apart budget in het MPP opgenomen, maar dit aparte project was nog niet in mindering gebracht op het jaarlijkse investeringsbudget van waaruit ook diverse losse vervangingen worden bekostigd.

Taakveld Riolering (7.2)
Op het onderdeel riolering wordt de begroting 2024 neerwaarts bijgesteld met € 385.000 (van
€ 2,2 miljoen naar € 1,8 miljoen). De begroting van 2025 wordt juist omhoog bijgesteld met € 385.000. De begroting van 2026 wordt met € 500.000 opgehoogd. Het gaat in deze paragraaf alleen over de investeringsprojecten riolering die via het MPP Buitenruimte lopen. Over de beheer- en exploitatiegelden wordt elders in de 2e bestuursrapportage verslag gedaan. De bijstellingen op het taakveld worden onder de tabel verklaard.

Voor een toelichting op de mutaties 1 en 2 wordt verwezen naar de tekst bij taakveld 2.1.

15. De vervanging van de riolering Kudelstaartseweg (tijdens de kadeverbetering door Waternet) wordt naar verwachting ongeveer € 500.000 duurder. Op basis van de verkennende onderzoeken was niet de verwachting dat het asfalt op de Kudelstaartseweg circa 60 cm dik is en teerhoudend materiaal bevat. Dit is uit nader onderzoek gebleken. Het afvoeren van teerhoudend asfalt is duurder dan normaal asfalt. Daarnaast moet in plaats van 20 cm asfalt 60 cm asfalt verwijderd worden. De combinatie van deze twee factoren zorgt voor de kostenstijging. Het budget voor 2026 moet verhoogd worden, omdat het werk op korte termijn aanbesteed wordt en tot in 2026 doorloopt.

Overige bijstellingen buitenruimteprogramma 2025 en verder
Overige bijstellingen voor 2025 en verder volgen bij de Kadernota 2026. Dat is immers het moment voor het bijstellen van het meerjarenprojectenplan. Bovendien is er dan een actueler zicht op voortgang en planning van de projecten.